Terug
Gepubliceerd op 26/06/2025

2025_VB_00069 - Wijziging rechtspositieregeling- gecoördineerder versie - Nieuwe BVR RPR - Goedkeuring

Vast Bureau
wo 25/06/2025 - 11:00 collegezaal
Goedgekeurd
Dit besluit handelt over een Rechtspositieregeling (RPR).

Samenstelling

Aanwezig

Johan Deleu, Burgemeester; Wouter Van Driessche, Schepen; Jan Couck, Schepen; Els Van Buggenhout, Schepen; Peter Beerens, Schepen; Christel Ringoot, Algemeen Directeur

Afwezig

Evelien Beeckman, Schepen

Secretaris

Christel Ringoot, Algemeen Directeur

Voorzitter

Wouter Van Driessche, Schepen
2025_VB_00069 - Wijziging rechtspositieregeling- gecoördineerder versie - Nieuwe BVR RPR - Goedkeuring 2025_VB_00069 - Wijziging rechtspositieregeling- gecoördineerder versie - Nieuwe BVR RPR - Goedkeuring

Motivering

Argumentatie

Tijdens het vakbondsoverleg van 19 juni 2025 werden nog volgende aanpassingen aan onze algemene lokale rechtspositieregeling beslist (het volledige verslag kan je terugvinden in bijlage):

Art. 32  “binnen 7 werkdagen, behoudens motivering” toe te voegen.

Art. 42 §2: 

“De aanstellende overheid doet een oproep tot kandidaten op minstens één van volgende manieren:

  1. via externe bekendmaking via minimaal 2 kanalen;

Art. 81 : “ Bij de start wordt met het betrokken personeelslid een termijn afgesproken” wordt toegevoegd bij opstart van een evaluatietraject.

Art. 91, 113: Het “recht op bijstand” wordt voorzien bij de hoorplicht.

Art. 155 en 158: afrondingsregel toevoegen: Bij de berekening van een termijn in maanden worden fracties van maanden afgerond op hele maanden volgens de gebruikelijke afrondingsregels: indien de resterende fractie minder dan 0,5 bedraagt, wordt afgerond naar beneden; indien de fractie gelijk is aan of groter dan 0,5, wordt afgerond naar boven.

Voor de Mini RPR 's zijn er nog volgende aanpassingen:

RRP art. 60§7 OCMW-wet: Art. 37 § 5 "overmacht" toevoegen.

Bij uitdiensttreding van de cliënt worden de niet opgenomen wettelijke vakantiedagen uitbetaald bij het einde van de arbeidsrelatie indien het niet opnemen te wijten is aan redenen inherent aan het dienstbelang of overmacht.

RPR flexijob: Art. 3 punt 2 “tijdelijk” toevoegen.

Juridische grond

Het ‘nieuwe BVR RPR’ (= het besluit van de Vlaamse regering van 20/01/2023 tot vaststelling van de minimale voorwaarden van de rechtspositieregeling van het personeel van lokale en provinciale besturen)

Regelgeving bevoegdheid

Art. 84 §3 2° van het decreet lokaal bestuur: Bevoegdheid vast bureau - personeelszaken
<p>Artikel 84 &sect;3 2&deg; van het decreet lokaal bestuur: Het vast bureau is bevoegd voor het aanstellen en het ontslaan van het personeel, alsook de sanctie- en tuchtbevoegdheid ten aanzien van het personeel, onder voorbehoud van de bevoegdheid van de raad voor maatschappelijk welzijn, vermeld in artikel 78, tweede lid, 7&deg;, en de gevallen waarin die bevoegdheid door of krachtens de wet of het decreet aan de raad voor maatschappelijk welzijn is opgedragen</p>

Besluit

Het vast bureau beslist:

Artikel 1

Het vast bureau keurt de nieuwe gecoördineerde versie van de lokale rechtspositieregeling voor het algemeen personeel goed.

Artikel 2

Het vast bureau keurt de gecoördineerde mini RPR voor het specifiek personeel Art. 60§7 goed.

Artikel 3

Het vast bureau keurt de gecoördineerde mini RPR voor het specifiek personeel flexijobs goed.

Artikel 4

Het vast bureau keurt de gecoördineerde mini RPR voor het specifiek personeel jobstudenten goed.

Artikel 5

Het vast bureau keurt de gecoördineerde mini RPR voor het specifiek personeel monitoren goed.